maandag 3 oktober 2011

Verlegen ben je niet alleen

Verlegen ben je niet alleen

Iedereen kent in zijn omgeving wel mensen die een grote mond hebben en zich agressief gedragen als zij hun zin niet krijgen. Zij zijn vaak boos op anderen en weten makkelijk de aandacht naar zich toe te trekken. Zij komen zeker over en lijken makkelijk met andere mensen om te kunnen gaan. Maar In werkelijkheid hebben ze ook hun problemen en hun verdriet. Ook al zwijgen zij hierover. En zijn dat soort mensen wel zo dapper als ze lijken? Het vereist namelijk ook de nodige moed om je angsten toe te geven. Je maakt je hierdoor kwetsbaar. Vooral mannen hebben hier moeite mee omdat zij sterk en stoer over willen komen. Maar het toegeven van je eigen angsten kan ook een opluchting betekenen omdat je niet langer de schone schijn hoeft op te houden. Je kunt je gevoelens met anderen bespreken, waardoor de angsten verminderen en je je juist zekerder gaat voelen. Ik heb dit zelf ook zo ervaren

Op de televisie zag ik eens een paar mensen die vertelden dat ze lid waren van de Vereniging van Verlegen Mensen. Dat leek helemaal niets voor mij dacht ik. Praten over je eigen verlegenheid. Alleen het idee al! Ik was bang om te worden uitgelachen als ik zou zeggen dat ik lid was van een dergelijke vereniging. Ook had ik het gevoel dat anderen mij zouden dwingen om te veranderen omdat ik volgens hen niet genoeg zei. Ik had niet echt de behoefte om met leeftijdsgenootje contact te leggen, omdat zij andere interesses hadden dan ik. Ik had het gevoel dat ik anderen mijn verlegenheid alles een groter probleem beschouwden dan ik zelf. Ik gaf ook anderen de schuld van mijn isolement, waardoor ik het initiatief legde bij de ander. Zo voelde ik me niet schuldig over mijn ontevreden situatie maar kon ik zelf niets aan mijn situatie doen
            Later ging ik geschiedenis studeren omdat ik daarin geïnteresseerd was, maar ik wist nog niet goed wat ik later zou worden. Helaas moest ik na vijf jaar stoppen met mijn studie geschiedenis omdat mijn scriptie niet voldeed aan de eisen van de sectie geschiedenis. Ook daarna waren mijn problemen niet voorbij. Ik vond namelijk maar geen vast werk omdat ik te hoog was opgeleid en ik te weinig werkervaring had. En tijdens sollicitatiegesprekken kwam ik te onzeker over.
            In de tussentijd was ik op zoek naar een relatie. Daarom plaatste ik contactadvertenties in damesbladen of op teletekst voor het zoeken van een vriendin. In een van de contactadvertentie schreef ik dat ik een verlegen jongeman was die een verlegen vriendin zocht. Daarop reageerde toen een meisje dat lid was van de Vereniging van Verlegen Mensen, kortweg VVM. Zij vroeg of ik naar een algemene ledendag van de VVM wilde komen waar ook niet – leden welkom waren. Dat vond ze een prettige manier om mij te kunnen ontmoeten. Daar schrok ik van want dat durfde ik niet. Ik zei dat ik eerst met haar iets wilde afspreken. Wel vertelde ze me over de VVM en over de verschillende soorten mensen die ze er tegenkwam. Er waren mensen van allerlei slag. Zo waren er leden met een baan of die werkloos waren. Ook kwam zij mensen tegen die zowel hoog als laag geschoold waren. Vervolgens spraken we met elkaar af op het Centraal station van Rotterdam om elkaar te ontmoeten. Maar ze kwam helaas niet opdagen. Ik heb daarna geen contact meer met haar gehad.
            Er verstreken daarna jaren van werkloosheid. Ik was voortdurend op zoek naar passend werk. Uiteindelijk kwam ik via een reïntegratiebureau op een sociale werkplaats te werken. Daar werd ik voor vast aangenomen. Niet langer was ik bezig met het zoeken naar werk. Ook al was het werk op de werkplaats zwaar onder mijn niveau. Maar ik voelde me eenzaam op mijn werk, omdat ik niet met mijn collega’s over mijn gevoelens van verlegenheid kon praten. Volgens hen hoorde verlegenheid bij vrouwen en niet bij mannen, want mannen waren stoer en maakten van hun hart geen moordkuil. Verlegen mannen daarentegen waren homo’s of mensenschuw in hun ogen. Daarom werd ik uiteindelijk lid van de VVM.
            Naast twee algemene ledendagen van de VVM organiseert de VVM verschillende uitjes. De eerste keer ging ik uit naar een film. Toen ontdekte ik dat mensen van de VVM ook maar gewone mensen waren en dat ze onder elkaar erg gezellig waren. Na afloop aten we in een soort café. Leden van de VVM vertelden me dat ze de basiscursus van de VVM hadden gevolgd en wat voor profijt zij daarvan hadden gehad. Toen was ik zo enthousiast geworden dat ik me aanmeldde voor de basiscursus. Voor de basiscursus begon belde een van de organisatoren van de cursus mij op om te vragen waarom ik de cursus wilde gaan volgen en wat ik verwachtte van de basiscursus zelf. Dat was Chantal Thijssen die ook heel veel deed voor de public relations van de VVM zelf. De basiscursus bestond uit twintig bijeenkomsten in een zaaltje van de toenmalige Thomaskerk in Rotterdam. Er kwamen ongeveer tien mensen die allen te maken hadden met verlegenheid in hun leven. Ongeveer de eerste zes bijeenkomsten werden geleid door leden van de VVM geleid die de basiscursussen al hadden geleid.
            Tijdens de bijeenkomsten behandelden wij het huiswerk dat wij thuis moesten maken. Zo moesten wij teksten lezen uit een syllabus of syllabus en vragen beantwoorden. Ook zagen wij iedere bijeenkomst een aflevering van een teleaccursus over het omgaan met verlegenheid. Ik had een aantal afleveringen al eens eerder gezien maar er nog nooit met andere mensen over gepraat. In de teleaccursus kwamen conflicten met de buren en thuis ter sprake. De conflicten gingen bijvoorbeeld over geluidsoverlast of dat de man naar voetballen wilde kijken en de vrouw het geen goed idee vond.  Gedurende de basiscursus ontmoette ik jongeren die dezelfde problemen hadden als ik. Daarnaast moesten wij een praktijkopdracht doen. Wij konden kiezen uit verschillende opdrachten om iets te doen dat wij uit onszelf vanwege onze verlegenheid nooit zouden doen. Ik koos er voor om samen met een deelneemster van de cursus om bij de balie van de Centrale Bibliotheek te vragen of er een boek was over verlegenheid. Wij kwamen erachter dat wij tegen een dergelijke opdracht opzagen omdat andere mensen van alles over ons zouden denken maar later bleek dat niet-verlegen mensen er niets achter zochten.
            Door mijn ervaringen met lotgenoten te delen, voelde ik mij geen eenling meer. Daardoor kreeg ik meer zelfvertrouwen.  Daarnaast leerde ik me te accepteren zoals ik was. Je accepteren zoals je bent, is de eerste stap om je verlegenheid te overwinnen of er mee om te gaan, zo leerde ik tijdens de cursus. Verder kwam ik erachter dat veel mensen die denken dat ze assertief zijn in feite agressief zijn. Ze beledigen en kwetsen mensen. Ook lijken mensen zeker van zichzelf te zijn maar als je goed kijkt, dan doen ze zich slechts zeker voor en hebben ook zij hun eigen problemen. Verder kwam ik erachter dat verlegen mensen menen dat alle aandacht van omstanders op hen gericht is en dat ze voortdurend in de schijnwerpers zouden staan. Maar dat bleken verlegen mensen zich slechts te verbeelden. Juist door je onzeker voor te doen en voorzichtig te werk te gaan, kun je juist de aandacht trekken.
            Nu zijn er inmiddels weer een aantal jaren verstreken. Ik ben vaak met uitjes van de VVM weggeweest. Ook ben ik lid geworden van uitgaansverenigingen waar niet alleen maar verlegen mensen komen. Tevens werd ik lid van verenigingen van mensen met dezelfde interesses als ik zoals historische verenigingen. Of ik ging cursussen volgen om mijn zelfredzaamheid te verbeteren zoals naailes. Hierdoor werd mijn zelfvertrouwen nog meer vergroot.
            Tijdens de algemene ledendagen werd vaak gevraagd om vrijwilligers omdat de VVM niet zonder hen kon bestaan. Zo werden mensen voor public relations gezocht. Dat wilde ik wel doen omdat ik op de universiteit een bijvak voorlichtingskunde had gevolgd. Ook kon ik ervaring opdoen voor het vinden van ander werk.  Daarom heb ik ten slotte dit stuk geschreven.